Twee groepen personen kunnen toegang krijgen tot de om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke zone van een luchthaven of de kritieke delen hiervan, of zelf aan boord van een luchtvaartuig komen. Dit kunnen personen zijn, werkzaam op of rondom de luchthaven (gebouwen en terreinen), maar ook passagiers. Personen werkzaam op de luchthaven kunnen bijvoorbeeld voorwerpen meenemen beschermd gebied op (denk bijvoorbeeld aan de grondwerktuigkundige die op het platform werkt). Passagiers nemen handbagage mee, in hun kleding zitten vaak voorwerpen. Al deze zaken, inclusief de personen zelf, dienen aan een beveiligingsonderzoek onderworpen te worden, alvorens ze kunnen worden toegelaten tot beschermd gebied. Met deze opleiding wordt beoogd dat de beveiliger in staat is de onderzoekstechnieken op een adequaat niveau uit te voeren.

Doelgroep: Punt 11.2.3.1 Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1998.
Beveiligingsmedewerkers die beveiligingscontroles van personen, handbagage en meegenomen voorwerpen uitvoeren die binnen de om beveiligingsredenen beperkt toegankelijke zone van een luchthaven of de kritieke delen hiervan worden gebracht of aan boord worden gebracht van een luchtvaartuig.

Taal: Nederlands, Engels

Duur van de opleiding:

  • minimaal 28 uur inclusief praktijk

Toelatingseisen:

Als vooropleiding is een afgeronde en geldige opleiding beveiligingsmedewerker noodzakelijk. een grijze pas op naam van het bedrijf waarvoor de onderzoek werkzaamheden uitgevoerd (gaan) worden is ook vereist.

De cursisten moeten in bezit zijn van een geldige Nederlandse VGB. De docent zal de VGB en grijze pas controleren voor de aanvang  van de training. Als een deelnemer niet in staat is eenf VGB  te overleggen, dan verplichten NCTV en de KMar, de docent deze cursist te weigeren.

Deze opleiding wordt in overlegd met de klant gepland en uitgevoerd. Bij alle opleidingen van PMT zijn koffie en thee zijn inbegrepen, Er is gratis wifi beschikbaar op onze locaties en er is voldoende gratis  parkeergelegenheid in de parkeergarage.

Om deze opleiding te mogen verzorgen moet het opleidingsinstituut en het opleidingsprogramma aan een aantal strenge eisen voldoen, gesteld door het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Op de naleving van deze eisen wordt door de KMar toezicht gehouden.

Leerplan:

De controleur luchtvracht en -post dient de principes van de beveiliging van de burgerluchtvaart te begrijpen, over de kennis beschikt van processen van luchtvracht en -post, om kwaliteit te bewaken, de juiste afwegingen te maken met betrekking tot het inzetten van de meest geschikte middelen voor het uitvoeren van beveiligingsonderzoeken en de beveiligingsonderzoeken op een juiste wijze uit te voeren

Certificering:

Beveiligingsmedewerkers dienen alvorens ingezet te worden te zijn gecertificeerd op punt 11.2.3.1 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1998;
– Beveiligingsmedewerkers dienen tevens gecertificeerd te zijn op punt 11.2.2 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1998 door te slagen voor het digitaal CITO theorie-examen van de BAST (Basic Aviation Security Training) opleiding.
– De initiële opleiding van beveiligingsmedewerkers bevat minimaal de in deze opleiding beschreven onderdelen inclusief resultaten en relevante onderwerpen.
– De herhalingsopleiding van beveiligingsmedewerkers bevat minimaal de relevante ontwikkelingen en actualiteiten ten aanzien van de in deze opleiding beschreven onderdelen.
– Beveiligingsmedewerkers ontvangen na het succesvol afronden van de initiële opleiding en de herhaalopleiding een certificaat verwijzend naar punt 11.2.3.1. van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1998.
– Alvorens het certificaat van de initiële opleiding wordt verstrekt dient de cursist passend bij de in deze opleiding beschreven onderdelen een theoretisch- en praktijkexamen met succes af te ronden. Dit examen dient erop gericht te zijn om te controleren of de leerdoelen van de opleiding in voldoende mate zijn behaald. Het examen dient te bestaan uit minimaal 20 vragen waarbij de kandidaat

Herhaling training: iedere 6 maanden, duur herhalingstraining 3 uur

Competenties: UITVOERINGSVERORDENINGEU 2015/1998, punt 11.2.3.1

a) inzicht in de configuratie van de beveiligingsopstelling en het verloop van het beveiligingsonderzoek;
b) kennis van de manieren waarop verboden voorwerpen verborgen kunnen worden;
c) de bekwaamheid om passend te reageren op de ontdekking van verboden voorwerpen;
d) Inzicht in de mogelijkheden en beperkingen van de gebruikte beveiligingsapparatuur of beveiligingsonderzoeken;
e) Kennis van noodprocedures;
Indien de aan de persoon toegewezen taken dit vereisen, moet de opleiding bovendien ook resulteren in de volgende bekwaamheden;
f) persoonlijke vaardigheden, met name de omgang met cultuurverschillen en met passagiers die de orde kunnen verstoren;
g) kennis van technieken om met de hand te zoeken;
h) de bekwaamheid om te fouilleren op een niveau dat redelijkerwijs garandeert dat verborgen verboden voorwerpen worden ontdekt;
i) kennis van vrijstellingen van beveiligingsonderzoeken en bijzondere beveiligingsprocedures;
j) de bekwaamheid om de gebruikte beveiligingsapparatuur te bedienen;
k) de bekwaamheid om de door de beveiligingsapparatuur voortgebrachte beelden correct te interpreteren, en
l) kennis van beschermingseisen voor ruimbagage.

Wettelijke grondslag: Deze door PMT ontwikkelde opleiding is gebaseerd op de opleidingseisen in het Nationaal Opleidingsprogramma voor de Beveiliging van de Burgerluchtvaart.

Informatie aanvragen

Contact Form Bestel Knop Training no language (#31)